The Witcher 3: Wild Hunt is een pareltje. Misschien wel de beste game van 2015. De game is ontzettend uitgebreid en op de release heb ik hem al gekocht. Echter was de liefde er niet per direct. Ik vond de camera namelijk nogal onwennig, de gameplay, hoewel lastig, niet geweldig en ik vond het verslaan van de tweede baas in het verhaal een verschrikking. Ik heb de game in de eerste maand misschien maar een uur of twee aangeraakt. Daarbij speelde ik de game op de PlayStation 4 en had ik vrij regelmatig last van framedrops en een aantal nare bugs en glitches. Ik heb de game op dat moment weggezet in de kast, ervan overtuigd dat het niet mijn soort game was. Totdat een vriend van mij meerdere malen zo enthousiast sprak over The Witcher dat ik de game nog een tweede kans wilde geven. Deze tweede kans heb ik ondertussen al een hele tijd geleden gegeven en ondertussen heb ik al 30 uur in de game zittn.
Nu lijkt dat misschien niet heel veel, maar geloof mij: voor mij is 30 uur in een aantal maanden tijd ontzettend veel. Alle vrije uurtjes die niet opgeëist werden door mijn vriendin, een verhuizing inclusief verbouwing, mijn werk en natuurlijk al die vervelende, sociale verplichtingen, heb ik in The Witcher 3 gestoken. Nu heb ik de game nog lang niet uitgespeeld en stiekem hoop ik ook dat ik dat nooit doe. De avonturen die ik met Geralt beleef zijn echt geweldig. De monsters waar ik op jaag, de dorpjes die ik red, de zoektocht naar Ciri, alles is geweldig. Zelfs de kleine dingen onthoud ik. Het baardje dat groeit naarmate ik meerdere avonturen heb, de gesprekken die ik heb met de dorpelingen. De dingen die ik soms gratis doe, omdat ik zie dat iemand echt in de penarie zit, of de momenten dat ik juist de prijs opschroef voordat ik een monster afslacht omdat iemand zijn porum mij niet aan staat. Ik onthoud alles, omdat alles zo memorabel is.
Eén keer kwam ik een nest tegen van een Royal Wyvern. Ik besloot om dit monster te doden en het nest te plunderen. Er lagen een aantal dingen in, waaronder een Quest Item. Ik besloot deze voorlopig bij mij te houden, aangezien ik geen idee had waarvoor dit object was. Totdat ik uiteindelijk bij de quest in ‘questie’ aankwam. Het was de stem van een schepsel. Hij wees mij de weg waar ik zijn stem weer op kon halen, echter bleek dit niet nodig te zijn omdat ik deze al had. Dit bevestigde Geralt ook door te zeggen: “Maar goed dat ik die Wyvern al heb afgeslacht.” Dit soort dingen gebeuren vaker in The Witcher en dat is indrukwekkend, vooral als je beseft hoe gigantisch de game is. De map waarin je begint is overweldigend groot, maar dan blijkt dit niet alles te zijn. Nee, je hebt ook nog Skellige, een gigantische eilandenformatie. Tevens vind ik Skellige nog mooier dan bijvoorbeeld Velen of Novigrad. Novigrad is overigens een gigantische stad met genoeg te doen. Persoonlijk vind ik Novigrad minder spannend, aangezien de stad compact is gebouwd. Dit is ook logisch aangezien het een stad is, maar ik houd van de open vlaktes van Velen en de grote gebergtes op de eilanden van Skellige. Desalniettemin is Novigrad indrukwekkend en dat komt mede doordat elk gebouw uniek is en je daadwerkelijk kan verdwalen in de stad, aangezien het zo groot is met zoveel kleine straatjes en steegjes. The Witcher 3 is grandioos in zowel detail als schaal en dat laat Novigrad wel goed zien. De landschappen vertellen ook verhalen. Je komt langs oude tentenkampen, ruïnes, verlaten dorpjes, maar ook dorpjes in opbouw, oorlogskampen in opbouw en sommige gebouwen en structuren zo oud, dat ze alweer één worden met de natuur. Zo zie je dat de wereld van The Witcher een prachtige, maar gewelddadige wereld is waarin het lijkt alsof gevaar en oorlog altijd op de loer ligt.
Ik houd altijd van actie, dit is in The Witcher 3 niet anders, echter weet ik mij ook uren bezig te houden met paardrijden en gesprekken voeren met NPC’s. Als ik over een klein weggetje rijd en ik zie een gigantische bergkam waar ik de zon net onder zie gaan terwijl de muziek zachtjes maar zeker aanzwelt, raakt dat mij bijna emotioneel. De uitzichten vanaf zowel het vasteland als het water zijn indrukwekkend en de mensen die overal rondlopen, zorgen ervoor dat elke plek voelt alsof het leeft. Een keertje voer ik ook in een klein zeilbootje van het ene eiland naar het andere eiland en zwom er een gigantische walvis naast mij. Onvergetelijk! Een aantal keren ben ik zelfs vergeten dat er fast travel was. Natuurlijk geniet ik niet alleen van de uitzichten en de tripjes ter land en ter zee, maar geniet ik ook met volle teugen van het ontleden van mijn vijanden. Geralt is zo ontzettend sterk dat hij zonder moeite een man in tweeën klieft. Dit ziet er altijd ontzettend vet uit en het laat zien wat voor een ontzettende bad ass Geralt is. Mensen zijn geen probleem voor mij, de strijd met monsters is echter wat pittiger en bijna altijd episch.
Geralt en zijn vrienden lijken onderhand goede bekenden van mij. Ik wil niet dat de game eindigt en stiekem blijf ik daarom ver weg van hoofd quests. Ik speur elk bord af in elk stadje en nederzetting die ik tegenkom en Ciri hoef ik voorlopig nog niet te vinden, zij is sterk genoeg om het voorlopig zonder mij te redden. Ondertussen laat ik Geralt monsters afslachten, mensen helpen, geld verdienen, paardracen, nieuwe kapsels uitproberen, varen, schatzoeken, tuig afronselen en nog vele, vele andere dingen. De framerate issues zijn grotendeels verholpen en de vreemde bugs en glitches waar ik in de eerste maand last van heb gehad, zie ik nooit meer. The Witcher 3 zal ik voorlopig nog wel even spelen en dat wel om zijn content, detail en grootsheid.