Keek ik uit naar For Honor? Niet echt. Sinds de aankondiging van de game tijdens de vorige E3 heb ik niets met de game gehad. Het sprak me niet aan. Daarnaast wist ik dat het een game van Ubisoft was, dus dat de daadwerkelijke game steevast minder interessant ging ogen dan dat de E3 trailers ons deden vermoeden. Iets wat Ubi ons wist te flikken met games als Watch_Dogs, The Division en menig Assassin’s Creed. Nadat Steep tof bleek te zijn kwam de interesse in For Honor terug. En daar ben ik achteraf blij om.
‘The Art of Battle’ is waar For Honor compleet om draait. De mooie kant van gevechten, het plannen en uitvoeren van je bewegingen. Het lezen van je tegenstander, het toeslaan op exact het juiste moment. Wanneer je For Honor in actie ziet zul je ook snel denken dat je te maken hebt met een game als Dynasty Warriors, maar niets is minder waar. Het voelde eerder als een fighting game zoals Tekken. Een game waarbij je je tegenstander steeds in de gaten moet houden, waar elke beweging, van jou of van je volgende slachtoffer, belangrijk is. Een manier van vechten waarbij het bepalend is vanuit welke hoek je toe slaat, waarbij het mogelijk is om je tegenstander uit te putten om daarna toe te slaan. Het is het lezen van je vijand, de juiste aanval weten te blokkeren vanuit de juiste positie, om daarna genadeloos toe te slaan.
Klinkt simpeler dan dat het is. Dat kan ik je garanderen. Als een lid van de Knights, Vikings of Samurai kies je de rol die bij je pas:. De Vanguard (de held die uit alle smaken bestaat), een Heavy (de grote, logge personages die lekker krachtig zijn) of juist een Assassin (snel en dodelijk, maar veel minder weerstand tegen aanvallen). Meteen ging ik voor een Assassin. Het was geen gameplaykeuze, maar ik ging puur uit op het uiterlijk van mijn vechtersbaasje. Een keuze die ik later enkele keren heb moeten herdenken. Had ik een juiste keuze gemaakt? Was ik niet beter met een andere? Na flink testen, opnieuw beginnen en experimenteren, bleef ik bij mijn Assassin terugkomen op het online slachtveld. Blijf mobiel, blijf snel en ontwijk de vijandelijke klappen. Een levensmotto met wijze woorden.
De verschillende speelbare personages en hun klassen sluiten aan bij de manier waarop je de game wil spelen. Of misschien juist helemaal niet. Omdat Ubisoft flink wat variatie in de helden heeft gegooid, is het haast onmogelijk om niet iemand te vinden waar je voor wil gaan. Maar interessanter en belangrijker, de balans is in elke held aanwezig. Dus met wie je ook het gevecht aan gaat, het zal altijd eerlijk zijn. Wanneer je verliest ligt niet niet aan de onbalans van je personage. Het ligt aan jou en jouw kunnen in For Honor. En daar hou ik van. Het is dan ook aan te raden om je goed in te werken in een klasse voordat je daadwerkelijk online je heil gaat zoeken. Speel de tutorials, speel tegen AI. Want jawel, elke mode is gewoon te spelen tegen computer gestuurde tegenstanders. Een betere manier om het spel onder de knie te krijgen is er haast niet.
Wanneer je online je ding gaat doen, en dus letterlijk met teams tegen andere teams gaat strijden in heftige zwaardgevechten, zul je extra’s vrij kunnen spelen. Met het spelen van elke match krijg je wel iets leuks waar je misschien wat aan hebt. Door meer punten te verzamelen tijdens het spelen (door kills op AI of menselijke tegenstanders te maken, waarbij een mens natuurlijk meer punten geeft), krijg je meer en meer ’steel’. Deze kun je gebruiken om packs te kopen met nog betere gear. Echter, waar een gemiddeld potje mij een paar honderd steel op wist te leveren, is het vrijspelen van de echt goede gaar (welke zo’n 15.000 steel kost) een grind die niet iedereen zal doen. Het lijkt een manier van Ubisoft om met je digitale portemonnee nog eens extra in-game aankopen te doen zodat je sneller bij je doel bent. Ik hoop dat je er niet in gaat trappen. Gelukkig kun je middels daily en weekly contracts net wat meer verdienen. Door een bepaalde doelstelling te behalen tijdens zo’n missie in je online gameplay, verdien je meer steel en meer XP. Een handige tip om op te jagen wanneer je jouw vechtersbaasje helemaal ultiem wil maken.
De combat in For Honor is fantastisch. Het is intens en ‘in your face’. In de één op één gevechten, waarbij je drie van de vijf rondes moet winnen, zit je soms met dichtgeknepen billen naar je scherm te staren. Weet jij je tegenstander te slim af te zijn? Ben je sneller in het doorsnijden van zijn levenslijn dan hij bij jou is? Gebruik je de omgeving om je gebrek aan kracht op te vangen? Wanneer je na een intens gevecht een andere speler weet te verslaan voel je keer op keer een soort van euforie. Je voelt je tof, je voelt je goed. Je hebt het idee dat je echt gestreden hebt voor dat wat je zojuist hebt weten te presteren. De Brawl mode, waarin je met meerdere speelt, brengt een zelfde soort gevoel, al ben je hier vaker afhankelijk van de skills van je medespeler. Wanneer jij het op moet nemen tegen twee spelers van vlees en bloed komt alles bij elkaar en merk je hoe diep de combat van For Honor kan zijn. Wanneer je zo’n gevecht weet te overleven loop je weg alsof je Tom Cruise bent na de zoveelste Mission Impossibile. Als een geweldig persoon waar iedereen ontzag voor moet hebben.
Tijdens de matches waar vier tegen vier spelers spelen, viel ik echter stil. Of het nu gewoon matches waren waarin je elkaar af moest maken of om bijvoorbeeld punten op de map te overheersen, persoonlijk vond ik acht spelers net te veel van het goede. De balans in de combat is compleet weg wanneer meer dan twee spelers tegelijk op je in staan te hakken. Je kunt weinig tot niks doen en wacht tot je sterft. Het haalde de fun voor mij compleet uit de game. Misschien moet ik gewoon beter worden, maar tot die tijd is twee tegen twee de manier waarop ik For Honor speel. Gelukkig kon ik op momenten wel mijn Revenge aanzetten. Door middel van een kleine meter die langzaam vol loopt wanneer je defensief aan het spelen bent (op momenten dat meerdere personen je leven proberen te eindigen), kun je een buff krijgen waardoor je even wat sterker bent. Soms, heel soms, wist ik het gevecht hiermee om te draaien.
De reden dat ik begin over de online stand van de game, waar ik normaal over de singleplayer begin in mijn reviews, is een simpele. De singleplayer deed me heel weinig. In drie hoofdstukken (elke factie een hoofdstuk) met elk zes missies, heb je de game na het einde wel gezien. Ook hier lock je jezelf op een vijand en gebruik je dezelfde tactieken om ze om te leggen. Net als online. Maar de AI is minder divers dan een levende speler. Iets waardoor ik al snel door had hoe ik bepaalde vijanden het beste kon verslaan, waardoor de uitdaging er ook een beetje uit verdween. Gelukkig zijn de Boss fights intens en spannend. Natuurlijk zijn er fantastische momenten te beleven tijdens het verhaal waarbij de setting tot goede hoogte wordt gebruikt. Een kasteel bestormen terwijl de pijlen om je oren vliegen? Iemand op brute wijze verslaan om daarna in close up z’n keel door te snijden? Mensen doorboren met lange zwaarden? Ja, er zijn momenten die erg tof waren. Met een ballista schieten op een groep vijanden blijft leuk. Helaas is het verhaal niet heel interessant en is de voice achting op momenten gewoon slecht te noemen.
Ik heb wel genoten van het offline gedeelte van de game hoor, het stoeien met de verschillende facties was interessant. Ik heb alleen geen interesse om deze kant van het spel nog eens te starten. Het deed me op veel momenten denken aan Ryse, de game van Crytek die tijdens de release van de Xbox One verscheen. En die vond ik stiekem gewoon toffer om te spelen. Dus speel die campaign gewoon een keer door en duik daarna online in het gevecht. Het is veel toffer. Al vraag ik me af hoe lang ik dit leuk blijf vinden. Ik heb niet het idee dat For Honor een game is die ik maanden ga spelen.
Met For Honor wist Ubisoft me stiekem wel te verrassen. De game is beter dan ik had verwacht en speelt op momenten bijzonder lekker weg. Het is jammer dat de single player campaign tegenvalt en dat in-game aankopen zo noodzakelijk zijn wanneer je de meest toffe dingen uit de game wil halen. Ben je iemand die gewoon lekker zichzelf wil verliezen in domme actie die onderliggend bijzonder slim is? Dan is For Honor je game. Mocht de game zo goed scoren dat een vervolg in ontwikkeling gaat, dan smeek ik Ubi wel om een beter team voor het pennen van een verhaal. Met dit idee in deze setting is zoveel meer te doen…