Ik vind het altijd een beetje spannend om terug te grijpen naar games waar je vroeger hard van gehouden hebt. Gaat de ervaring nog steeds de gevoelens oproepen die het eerst bij je opriep of is de game door de jaren heen verwatert tot iets dat er met een roze bril op toch beter uitsprong? Het kan steeds alle kanten op draaien. Voor elke BioShock die me tien jaar later nog steeds weet mee te slepen is er een Skyrim die bij een tweede speelbeurt toch net te repetitief overkwam om te blijven boeien. Nooit was het heropstarten van een game echter zo spannend als bij The Witcher 3: Wild Hunt.
Het zit namelijk zo. Ik heb intens gehouden van de game, maar ik besef veel te hard dat ik me aan een te vlug tempo door de game gegooid heb. Ik ben relatief vlug (nouja..50 uurtjes toch) door de main quest gegaan, heb veel te vlug de difficulty laten zakken naar standje easy en heb eigenlijk belachelijk veel sidequests laten liggen, om uiteindelijk bij een onbevredigend einde terecht te komen. Ik heb The Witcher 3 dus gespeeld, maar naar mijn gevoel niet voldoende ervaren. Ik hield er uiteindelijk een onbevredigd gevoel aan over. Tijd dus om dat deze zomer goed te maken. Ik heb mijn savegame zonder enige twijfel gewoon gewist en ben de game opnieuw begonnen op dark mode, met als doel de game eindelijk te spelen zoals het ding hoort gespeeld te worden.
Voor het eerst op je paard Roach White Orchard binnen rijden en de game echt beginnen voelt voorzichtig aan als thuis komen. Het is genieten van de kleurrijke groene natuur en de manier waarop je mondjesmaat de basics van de game terug aanleert. Boerenpummels hun resterende tanden uit de smoel slaan gaat vlotjes, een boosaardige geest opsporen en ghostbusten verloopt foutloos en je eerste echte monster uitschakelen…de griffioen, overleef je zonder al te veel kleerscheuren. Dat schept vertrouwen, ik ben keihard klaar om de wijde wereld in te trekken denk je bij jezelf. En dan neemt de game dus de trainingwieltjes weg en val je even keihard op je muil, welkom in Velen. Het startgebied White Orchard is en blijft, laat ons eerlijk zijn, een uitgebreide slimme tutorial, een bijna gezellige plek vergeleken met het moerassige door oorlog verteerde gebied van Velen waar je vervolgens in gedropt wordt. Je start je reis onder een grote boom die Hangman’s tree heet for fuck’s sake, een naam die hij krijgt omdat hij vol hangt met opgehangen lijken in diverse stadia van ontbinding. Als iets je duidelijk maakt dat je niet langer in Kansas bent Dorothy, is dat toch de beste indicatie.
Je wordt echter pas helemaal met je snufferd op de feiten gedrukt als je overmoedig, zwaard in de hand op pad trekt. Dat ene kamp vol bandieten naar het oosten toe? Daar schoppen ze je binnen de twee minuten tot pulp. Die kooi met slaven die je wil bevrijden? Je wordt meteen in de pan gehakt door de deserteurs die de boel bewaken. Die ene grot met goblins waar je overmoedig in trok? Daar ren je nu gillend als een schoolmeisje uit. Dient het gezegd dat The Witcher 3 zich in het begin echt ontplooide als een intimiderende ervaring? Ik moet eerlijk zeggen dat ik dik getwijfeld heb om toch maar de moeilijklijkheidsgraad te kelderen want ik was even het plezier erin kwijt. Tot ik eindelijk net op tijd het klikje maakte. Ja, Velen is een taaie bitch om in te overleven in het begin, maar dat hoort het ook te zijn. Het hoort intimiderend te zijn en daarom krijg je zoveel quests op je bord die boven je level zijn en die je niet aan kan, en daarom kom je in het begin zo veel vijanden tegen met een icoontje dat indiceert dat ze te hoog gegrepen zijn voor je. Ik heb echt moeten leren dat het in deze game zaak is om te weten welke gevechten je aan kan gaan en dat het echt geen schande is om het af en toe op een rennen te zetten. Het is en blijft een rpg, en dat betekent xp verdienen en zo punten verdienen voor upgrades om Geralt sterker te maken.
De game krijgt wel eens het verwijt dat het levelen aan het begin van de game zo traag gaat, waardoor de game zo lastig wordt, maar wanneer je voluit de focus legt op quests en zij-opdrachten die binnen de mogelijkheden van je level liggen stijgt je level gestaag. Wanneer je dan je punten toebedeelt aan Geralt’s zwaardkunsten en een toverkracht zoals Quen die voor een onzichtbaar schild zorgt, dan ontdek je al erg snel dat je niet langer onderaan de voedselketen bengelt in Velen en kan de pret beginnen. Dan ga je met je level 9 gewoon terug naar dat bandietenkamp en klop je aan de deur met een brede grijns en een remember me voor je hen allemaal over de kling jaagt.
En dat is voor mij momenteel toch echt wat me het meest intrigeert aan mijn nieuwe speelbeurt van The Witcher 3. De spelwereld leeft als vanouds en er zijn zo veel avonturen te beleven en diepgaande verhalen nog te ontdekken, maar voor het eerst heb ik het gevoel dat mijn Geralt er een onderdeel van is. De hogere moeilijkheidsgraad dwingt me meer van de wereld te ontdekken en doordachter mijn eigen pad uit te stippelen, en de progressie die ik maak is stukken belonender. Ik speel The Witcher 3 dus eindelijk zoals ik het hoor te spelen, en dat hoop ik nog een tijdje te doen. Ik weet alvast waar mijn volgende ik speel nog steeds zal over gaan.