Need for Speed heeft het de afgelopen jaren niet bepaald gemakkelijk gehad. De reeks bestaat al vijfentwintig jaar en heeft vele games gekend die een plek innemen in de harten van racers die hun actie het liefst arcady zien. Titels zoals Most Wanted en Underground roepen meteen terug warme herinneringen op aan de tijd dat Need for Speed nou eenmaal het summum van een Arcade-racer was. Die kroon heeft EA de voorbije generatie met enige tegenzin moeten afgeven aan Forza Horizon omdat de reboot uit 2015 en Payback uit 2017 er gewoon niet in slaagden ook maar enige indruk te maken op fans en critici. Met Heat is het nu dan ook een kwestie van moeten. Need for Speed Heat moet ervan profiteren dat Forza een jaartje in de garage blijft en tonen dat het nog steeds de nodige paardenkracht onder de motorkap heeft naar de toekomst toe. Dit is het jaar van de comeback van Need for Speed, toch?
Ik ga eerlijk zijn en zeggen dat ik er weinig hoop op had gevestigd. Je zou haast gaan denken dat EA zelf weinig vertrouwen in de game had als je nagaat hoe weinig promotie er gevoerd werd voor Heat in de aanloop naar de release. Geen gameplay op de E3, geen grote fanfare, gewoon een simpele launch trailer en klaar. Gelukkig blijkt dat gebrek aan vertrouwen al snel ongegrond. Het is verre van een perfecte game, maar het Palm City van NFS Heat blijkt een aangename plek om in rond te karren.
Laat me maar meteen weer even met de deur in huis vallen: Ja, ook deze Need for Speed heeft een verhaallijn. En ja, ook nu is het weer een veel te serieus gebracht niemendalletje over een jonge straatracer die zich op wil werken tot de beste. Het is een simpel kapstokje bedoeld om je motivatie voor het racen en de setting in zijn geheel aan op te hangen, dus in dat opzicht werkt het wel. Je geeft geen moer om Ana en haar crew die je moet helpen om de vijandige straatracers genaamd The League ( evil naam is evil! ) te verslaan, maar het geeft je een soort van motivatie om te racen. Een beetje zoals de babysitter die geen geld genoeg heeft voor de pizza op Pornhub, is het een excuus voor de actie. De lont in het kruitvat in dit verhaaltje is echter Luitenant Frank Mercer en zijn politiemacht die besloten hebben het illegale straat-racen te weren uit Palm City. Het feit dat hij en zijn kompanen van de Popo voorgesteld worden als de echte evil bad guys in de game is gewoon heerlijk hilarisch.
Uiteraard is dat hele verhaaltje slechts een voetnoot als zou blijken dat het rijden zelf de moeite niet waard is. Gelukkig zet Need for Speed Heat daar erg solide gameplay tegenover. De stedelijke omgevingen van Palm City zijn niet altijd even geschikt om het gaspedaal voluit in te drukken, maar wanneer je de mogelijkheid hebt kan Heat erg hard gaan. Het is op die momenten dat je groteske snelheden behaalt en je een bocht met een heerlijke drift weet te nemen dat je terug gekatapulteerd wordt naar de gloriedagen van deze reeks. Het is geen over the top racen, want de wagens hebben echt wel wat gewicht en je kan niet als een gek constant het lachgas indrukken, maar het voelt wel degelijk aan zoals je van een hedendaagse Need for Speed zou verwachten. Dit speelt gewoon veel lekkerder dan Payback deed. De gameplay-loop waar Heat op gebouwd is, steunt dan weer erg hard op de dag en nacht cyclus van de game. Overdag is het een behoorlijk standaard Need for Speed-ervaring, met circuit races en straatraces en openworld activiteiten die je kan ontdekken, allemaal zaken die je geld opleveren die je kan besteden voor upgrades van je huidige wagen of om gewoon een betere te kopen. Je verdient niet al te snel geld in deze spelwereld, dus is het stiekem beter om initieel gewoon voor de wagen te gaan waar je iets mee hebt, en daar een band mee op te bouwen via upgrades en cosmetics. Het is veel beter tijdens de eerste uren om een wagen echt de jouwe te maken, dan om een gloednieuwe te kopen omdat je anders stevig onder je kont gaat krijgen van de A.I. De tegenstanders in de game zijn sowieso wat vaag, omdat ze foutloos rijden, maar ook slaafs de track blijven volgen. Dat betekent dat zodra je weet waar de shortcuts zitten, je dus wel de vloer met ze aan kunt vegen. Dat is een rare bokkesprong wat de moeilijkheidsgraad betreft omdat ze erg taai te kloppen kunnen zijn tijdens die ene race op circuit, en gewoon kansloos in een gewone straatrace. Iets zegt me dat dit nog wel een patch kan krijgen.
Tijdens de nacht wordt Heat een ander beestje. Dan draait het een stuk minder om geld te verdienen, maar eerder om het verdienen van reputatie die je toegang geeft tot nieuwe events en gear. Het is tijdens de nacht dat de politie plots denkt Batman te zijn, want dan zijn ze alert en op jacht, erop gebrand om stoute racertjes te klissen. Tijdens het spelen vult je Heat-metertje op naargelang de gevaarlijke shit die je uitspookt, en die meter fungeert niet alleen als een waarschuwing voor hoe graag de smurfen je willen pakken, maar ook als vermenigvuldiger voor je rep-punten. Die Rep wordt pas verzilverd wanneer je aan het einde van de nacht de garage bezoekt en ze inlost, waardoor je dus een high risk/high reward spelletje krijgt. Je doel is om zo lang mogelijk op straat te blijven, die meter zo vol mogelijk te krijgen en de punten steeds hoger op te sparen voor je ze gaat verzilveren, terwijl het risico steeds groter wordt dat de politie je van de baan ramt en je alles verliest. Moet ik erbij vertellen dat dit voor stevige stootjes spanning zorgt? Het kan enorm frustrerend zijn om zo lang uit de klauwen van de boys in blue te blijven tot je een monsterscore hebt, om dan finaal nog genekt te worden, maar de adrenaline wanneer het je wel lukt? Daar doe je het dus voor. Het helpt ook niet voor je gemoedsrust dat de politie in Palm City een bende malloten is van heb ik je daar. Ze duiken plots gewoon op tijdens races om de boel te verstoren en daar waar ze het in het begin nog redelijk normaal spelen gaan ze al snel over tot kamikaze-acties die getuigen van een totaal gebrek aan zelfbehoud en tientonners die als stormram fungeren. Het is lachwekkend overdreven, maar werkt wel binnen de context van de game en is behoorlijk spannend te noemen.
Als ik dan toch echt de kritische vergelijking moet maken met die andere grote open world arcade-racer, dan is het dat het Palm City van Heat, toch ietwat karakter mist. Het is een perfect functionele, op Miami en andere stukjes van Florida gebaseerde, sandbox die gewoon wat karakter mist. De vibe van Miami met de artdeco en felle kleurtjes is onmiskenbaar aanwezig maar het bevat gewoon te weinig in het oog springende landmarks om memorabel genoemd te worden. Dat is ergens spijtig, maar wanneer je aan meer dan honderd mijl per uur door een bocht scheurt met overijverige flikken achter je uitlaatpijp valt dat gemis uiteraard weg.
Dat Need for Speed het goed doet op de punten waar het voor een racegame hoort, is waar het uiteindelijk om draait en dat is met Heat na enkele teleurstellende games eindelijk weer het geval. Het mag dan misschien niet door de grote poort of met veel bombarie zijn, maar met Heat is Need for Speed terug on track.