– Pakjes kauwgom als kleine meid (puur voor de kick)
– Een paar condooms als puber ( omdat mijn gevoelens balanceerden tussen geilheid en verlegenheid en je in de jaren negentig nog geen automaten had.)
– Ontelbare harten (omdat ik het kon en ook omdat ik nou condooms had en er ook wel iets mee moest kunnen doen.)
Dat is in een notendop een lijstje van wat ik zoal gestolen heb. Erg trots ben ik er niet op, maar dit is het soort jeugdzondes dat we allemaal wel op onze kerfstok hebben. Hoofdpersonage Garret uit Thief is echter nooit uit die fase geraakt. Al sinds jaar en dag pikt hij alles wat niet vastgespijkerd zit en wat een beetje blinkt, alsof hij de eerste de beste ekster is. Met een geval als dit kun je uiteraard twee kanten op, ofwel drop je hem in een instelling om te genezen van verregaande kleptomanie, ofwel bouw je er een game rond waarin de stiekemerd mag doen wat hij het beste doet.
In feite is dit het vierde deel in een reeks die veelbelovend van start ging op PC, om tien jaar geleden nogal wisselvallig te debuteren op console. Omdat gamers echter het geheugen van een zeekomkommer hebben (naar verluidt), en dat tien jaar toch een ruime tijd is in gameland, werd besloten dit vierde deel grotendeels als een reboot in de markt te zetten. Een game die de geest van de oudere games vat dus, zonder de vele evoluties die twee consolegeneraties brachten te negeren. Het goeie van de oude games verenigen met alles wat we verwachten van een moderne game is een slap koord waarvan ik graag zou zeggen dat de makers het moeiteloos bewandelen, maar daarvoor struikelt het spel net iets te vaak.
De setting kan je alvast geen verwijten maken. De spelwereld kun je nog het beste omschrijven als Dickensiaans. Dat is een woord waarvan ik bijna zeker ben dat het niet echt bestaat, maar een beter kan ik niet gebruiken om de sfeer te omschrijven. Het is het soort grimmige weergave van een victoriaanse stad waar Charles Dickens in zijn boeken sterk in was. Een grauwe stad vol ziekte en onderdrukking die ronduit afstotelijk is, maar tegelijk ook erg intrigerend om in rond te dwalen. Het verhaal dat zich in die spelwereld ontplooit is redelijk aanvaardbaar. Garret verliest na een bizar voorval aan het begin van de game zijn protegé Erin en ontwaakt een jaar later met geheugenverlies en de vaststelling dat hij de meest gezochte man in de stad is. Hij zoekt contact met zijn oude vriend Basso en trekt eropuit om een waardevolle ring te stelen. Op die manier wordt een reeks gebeurtenissen in gang gezet die antwoorden zullen bieden op Garret’s prangende vragen en hem lijnrecht tegenover wat stevige booswichten zal plaatsen. Het is op zich wel leuk verteld met de nodige twists, maar echt indruk maken doet de game op verhalend vlak zelden omdat het nooit de ambitie heeft om clichés te overstijgen.
Het verhaal is uiteraard slechts een excuus om je aan het sluipen te krijgen, en op dat vlak stelt het spel gelukkig niet teleur. Dit is eigenlijk behoorlijk oldschool sluipwerk, en gamers die hier an beginnen met een spel als Dishonored in het achterhoofd zullen vast even schrikken wanneer ze het trage tempo van Thief voor het eerst moeten leren waarderen. Dit is tergend traag sluipen van schaduw naar schaduw, rekening houdend met het geluid dat je ondergrond maakt. Dit is ook het soort game waarin je hart echt kan pompen omdat je hoort dat er wachters in aantocht zijn terwijl je een slot open probeert te prutsen. Tijdens dat soort momenten , waarin je voorzichtig over een houten vloer sluipt om gekraak te vermijden en wachters te omzeilen, is Thief een dot van een stealthgame. Het is jammer dat dit soort momenten echter af en toe vergald worden door momenten waarop de illusie echt breekt.
Waar ik me bijvoorbeeld aan stoorde is dat de AI van guards soms een steekje laat vallen en dat het dan plots voelt alsof je met geprogrammeerde robots te maken hebt. Soms zijn er ook instanties waarin de moeilijkheid even de hoogte in schiet en je tegenover een overdaad aan wachters komt te staan in een omgeving vol nauwe gangen. Op die momenten waarin het spel in hardcore videogamemodus van lang vervlogen tijden gaat ben je blij dat je kan saven en herladen wanneer je dat zelf wil. De game heeft schizofrene trekjes in de zin dat dit soort segmenten dan weer afgewisseld worden met quik time events en ontsnappingsscenes die relatief modern aanvoelen, als je het trail and error gehalte ervan kan waarderen. Ondanks die niet te negeren minpunten in de gameplay vond ik Thief gelukkig wel vermakelijk om te spelen, omdat de game wel zo fair is je te belonen als je de moeite wil nemen om je tijd erin te investeren. De omgevingen observeren en de schaduwen te vriend houden, veelal kiezen voor de hogere paden en vooral die fucking luidruchtige kraaien niet laten schrikken om zo alle gevaren te omzeilen levert, als het vlotjes werkt, heerlijke gameplay op.
Natuurlijk kun je ook gewoon proberen om als een Middeleeuwse Sam Fisher die guards een lesje te leren, maar dat is niet bepaald een goed plan. Je kan met wat geluk er wel eentje neerknuppelen, maar wanneer je met je boog aan de slag gaat heb je al snel twee tot drie pijlen nodig, en die agressieve gekken komen meteen op je af. Zodra je tegenover twee van die klootviolen komt te staan in een gevecht kun je dag met je stelende handje zeggen. Toch maar stiekem doen is dus de boodschap. Leuk is trouwens dat de game je de nodige hulpmiddelen geeft, zoals de focuskracht van Garret die waardevolle objecten en nuttige paden aanduidt in de duistere omgeving, of de mogelijkheid een geruisloze snelle sprong van enkele meters te maken. Ook het vernoemen waard is dat je met gestolen goederen geld verdient dat je vervolgens kan gebruiken om nuttige items en upgrades te kopen die de uitdaging iets evenwichtiger maken. Ik vond de normale modus pittig, maar niet onoverkomelijk, maar er is gelukkig ook standje easy voor nieuwkomers en zelfs de mogelijkheid voor puristen om op hard te spelen en de hulpmiddelen die focus biedt uit te schakelen.
Rest me tenslotte nog om het even te hebben over de technische en audiovisuele kant van het plaatje op PlayStation 4. Thief heeft de kwaliteiten in zich om regelmatig indruk te maken. Sommige van de omgevingen zoals het bordeel of het asylum ademen gewoon sfeer uit en ook op het o zo belangrijke vlak van belichting komt de game goed uit de verf. Het is dan ook meer dan jammer dat er op technisch vlak dingen rammelen aan de game. De audio bijvoorbeeld loopt regelmatig niet synchroon met de animatie of voelt verkeerd aan zoals wanneer een achtergrondgeluid prominenter is dan een stem in de geluidsmix. Ook de laadtijden tussen de onderdelen van de stad hadden stukken lager gemogen, maar het is vooral de framerate die een doorn in het oog is. Het beeld stottert vaak onder de 30 frames en dat zou tegenwoordig toch echt niet meer aan de orde mogen zijn.
Er schuilt een meesterlijk sfeervolle stealth-game in Thief, maar je moet bereid zijn ze er zelf uit te halen. De minpunten zijn duidelijk en niet te negeren, maar ze zijn ook niet onoverkomelijk. Concreet houdt het dus in dat je als speler voor jezelf moet opmaken of je bereid bent je tijd te nemen en te spelen volgens de krijtlijnen die het spel opzet. Wat het echter ook is, dat is een titel die geplaagd wordt door technische onvolkomenheden. De game maakt op die manier een onafgewerkte indruk en krijgt zodoende tot de nodige patch er is een lager cijfer dan ik gevoelsmatig zou willen geven.
[review pros=”+ Uitdagende stealth
+ Sfeervolle setting
+ Moeilijkheidsgraad aan te passen aan ieders niveau” cons=”- Technische slordigheden
– Laadtijden tussen gebieden
– Leveldesign af en toe te oldschool” score=70]