’Doe normaal joh, het is maar een film’. Een zin die ik vaak heb gehoord in mijn leven. Een zin die kwam uit de mond van iemand anders wanneer ik weer eens een Star Wars-gerelateerde theorie vertelde, liet zien dat ik weer voor honderden euro’s aan spullen had gekocht waar Luke Skywalker op stond of tijdens de momenten dat ik wederom de films opnieuw kocht. Nee, de Star Wars-films zijn voor mij niet zomaar films. Star Wars is zoveel meer.
Ik was nog maar een jonge jongen toen ik Star Wars Episode IV: A New Hope voor het eerst zag. Ik zal niet ouder zijn geweest dan vier. Mijn vader en moeder wisten dat ik gek was op ‘vreemde wezens’ en dachten dat deze film mijn interesse misschien wel kon trekken. Uiteraard mocht ik de film niet in mijn eentje kijken. Tussen mijn vader en moeder in zat ik op de bank. Hoewel ik het grootste gedeelte van de film niet kon volgen (ik sprak nog geen engels en kon de ondertiteling nog niet lezen), was ik gefascineerd door wat ik zag. Verre plekken, uitdagende wezens. Monsters, buitenaardse rassen, Stormtroopers en uiteraard Darth Vader. Natuurlijk kroop ik tegen mijn moeder aan op het moment dat Obi-Wan vermoord werd. En ik zat te juichen met mijn vader toen de Death Star vernietigd werd.
er zijn geen afbeeldingen gevonden
Ik wilde al snel meer en diezelfde week al heb ik met mijn ouders Episode V: The Empire Strikes Back en Episode VI: Return of the Jedi bekeken. Opnieuw was de fascinatie aanwezig. Jabba the Hut was gigantisch. De Walkers op Hoth wisten tot de verbeelding te spreken en de magische kant van Yoda hield me lang bezig. En Darth Vader als vader van Luke? Hij maakte een grap. Toch?! Dat kon toch niet? Na het zien van Return of the Jedi was mijn honger nog niet gestild. Ik kon ook niet begrijpen waarom mijn ouders delen I, II en III niet hadden, terwijl deel IV, V en VI zo fantastisch waren. “Die bestaan niet”, werd me vaak verteld. Maar ik snapte de logica hier niet van. Ik kon net tellen, en wist dat vier na drie kwam. Dus er moesten eerdere delen zijn. Ik vroeg in de familie of ze de verstopte Star Wars banden wisten te liggen. Ook daar kreeg ik steeds slecht nieuws.
Na een tijdje liet mijn vader me kennismaken met de Ewok-films. Niet zo bekend als de Star Wars-films zelf waren de Ewok-films de eerste spin-offs die ik ooit zag. Het in 1984 verschenen Star Wars: Ewoks Adventures – Caravan of Courage en in het in 1985 verschenen Star Wars: Ewoks Adventures – The Battle of Endor (beide ook geschreven door George Lucas, maar duidelijk voor een jonger publiek) vond ik interessant. Ik was gek op de knuffelbare Ewoks uit Return of the Jedi. Maar hoewel ik het leuk vond, was dit toch niet dat wat Star Wars me wist te geven. De Ewok-films waren niet zo groots, meeslepend en uitdagend.
In de jaren daarna heb ik steeds meer Star Wars gekeken. De films gingen om de zoveel tijd de VHS-recorder in om opnieuw bekeken te worden. Telkens met mijn ouders, om me uit te leggen wat er nu gebeurde. Nog steeds snapte ik de Engelse taal niet goed, maar het lezen ging al beter. De ondertiteling ging misschien nog wat te snel, maar het verhaal werd me steeds duidelijker. Het waren fijne momenten tussen mij en m’n ouders. Mijn liefde voor de serie werd steeds groter. Misschien wel omdat de bron van de serie mij met m’n ouders verbond. Het feit ik dit verhaal vijfentwintig jaar later nog kan vertellen, en enkele van die momenten nog steeds kan herinneren, zegt genoeg.
Ik speelde met mijn vader met Star Wars-speelgoed. Ik herinner me dat ik een kleine X-Wing had en enkele Stormtrooper soldaten, inclusief een Rebel. Ik begon eigen verhalen te verzinnen. Mijn fantasie liep over. Een voetbal kon ik gebruiken om als Death Star te dienen, de X-Wing vloog er rakelings langs. Ik verplaatste me in de schoenen van Luke Skywalker, ik was Han Solo. Mijn moeder kwam er af en toe bij en speelde met me mee. Fantastische momenten die ik nooit zal vergeten. De liefde voor Star Wars bracht deze momenten met zich mee.
er zijn geen afbeeldingen gevonden
Vele jaren later, ik was inmiddels dertien, was de liefde niet voorbij. Nee, die was sterker dan ooit. De films had ik inmiddels tientallen keren gezien en door het internet wist ik wie George Lucas was en waarom ik nooit de drie eerste delen kon vinden. Het was 1999, het jaar waarin ik, opnieuw met mijn ouders, een nieuwe Star Wars film kon bekijken. Tussen mijn vader en moeder in, in de bioscoop, zag ik een nieuw avontuur van een jonge Anakin Skywalker, Obi-Wan Kenobi en Qui-Gon Jinn. Ik ging op in wat ik zag. Ik kan me nog herinneren dat mijn moeder stiekem snoepjes mee had genomen naar de bioscoop. Snoepjes, vies en slijmerig, maar in de vorm van het hoofd van Anakin Skywalker! Smakelijk was het niet, maar het feit dat ik Star Wars-snoep at, maakte het leuk. Weer een herinnering die ik makkelijk op kan roepen.
Inmiddels zijn we zestien jaar verder en staat er een nieuwe Star Wars-film op ons te wachten. Echter zal ik deze niet beleven met mijn vader en moeder in de bioscoop. Mijn moeder is inmiddels al een hele tijd geleden overleden (Attack of the Clones en Revenge of the Sith heeft ze nooit gezien) en mijn vader gaat eigenlijk nooit meer naar een bioscoop. ‘Dat IMAX is teveel lawaai’. Maar toch, wanneer ik The Force Awakens voor het eerst ga zien, weet ik dat er herinneringen door me heen gaan. Herinneringen aan mijn ouders, de eerste keer dat ik met ze mee mocht naar die galaxy far, far away. Herinneringen aan een lachende moeder, een spelende vader. Die vliegende X-Wing en die voetbal als Death Star. Het kind in me zal opnieuw wakker worden. Star Wars is voor mij niet zomaar een film. Star Wars is voor mij een gevoel. Een gevoel van een tijd waarin alles goed was. Een tijd waarin ik samen met mijn ouders op avontuur ging.
In samenwerking met DeathStar.nl